Paul Fahy – geschiedenis van de Charismatische Beweging (2016)

Merk op dat ik de term CM soms gebruik om te spreken van de specifieke Charismatische Beweging die opkwam vanaf 1960, maar op andere momenten is het een afkorting (om het kort te houden) voor zowel de CM als de Pinksterbeweging die haar voortbracht.

Het schandaal van de Pinksterbeweging

De oorsprong van de pinksterbeweging ligt in de 19e-eeuwse, Amerikaanse Wesleyan frontier revivals (waar allerlei vreemd gedrag werd vertoond), de toenemende seculiere belangstelling voor het paranormale en geesten (vooral in Amerika), vermengd met de excessen van de US Holiness Movement, waar tongen, trances en neervallen voor het eerst op grote schaal opdoken in de moderne christelijke wereld. Terwijl de Heiligheidsbeweging afnam, nam de Pinksterbeweging toe, waarbij enkele belangrijke leiders van partij wisselden (zoals Maria Woodworth-Etter).

Toen de pinksterbeweging begon, aan het begin van de 20e eeuw, was zij het zwarte schaap onder de christelijke denominaties. Zelfs tot in de jaren zeventig werden jonge gelovigen door evangelische leiders gewaarschuwd weg te blijven van de pinksterbeweging. Daar was een goede reden voor. Het begon met allerlei schandalen. De Topeka Revival (waar in 1901 bij een vrouw voor het eerst tongen verschenen) en de eerste Pinksterleider, Charles Parham, vielen in diskrediet nadat Parham was gearresteerd en beschuldigd van homosexualiteit. Hiervan is hij nooit volledig hersteld.

Het ontstaan van de Pinksterbeweging

William Seymour werd beïnvloed door Parham en leidde de Azusa Street revival in 1906 (elke opwekkingsbijeenkomst werd toen een “revival” genoemd, naar de invloed van Finney). Ook dit ging gepaard met schandalen. Zelfs Parham verwierp het als vol hekserij. Het was echt pandemonium in de letterlijke zin van het woord. De bijeenkomsten waren wild, met mediums en heksen die rituelen uitvoerden zodat de mensen bang werden. Er deden zich allerlei occulte verschijnselen voor. Het was zo lawaaierig en ongecontroleerd dat Seymour zijn hoofd in een schoenendoos stak om te bidden. Er werd weinig gepredikt en er was geen volwassen leiderschap. Lees ooggetuigenverslagen om te zien hoe schokkend en zondig dit begin van de Pinksterbeweging was. Binnen een paar jaar was de Azusa Street bediening gesplitst in facties met veel wrok en kwaadaardigheid, maar niet voordat het kwaad ervan zich over de wereld had verspreid, waar ook soortgelijke slechte vruchten opdoken.

De evangelische reactie
De christelijke wereld was geschokt. Mensen schreven boeken waarin gelovigen werden gewaarschuwd voor de fouten en excessen (zoals The Tongues Movement van de eminente Brethren schrijver en zendelingGH Lang). G. Campbell Morgan (voorloper van Martyn Lloyd-Jones bij Westminster Chapel) noemde de vroege Pinksterbeweging ‘het laatste braaksel van Satan’.5 R.A. Torrey bevestigde dat de beweging ‘nadrukkelijk niet van God was, en gesticht door een Sodomiet’.6 H.A. Ironside zei dat de Heiligheids- en Pinksterbeweging ‘walgelijke … waanvoorstellingen en waanzin’ waren. waanideeën en krankzinnigheden’ waren en ‘pandemonium’s waar tentoonstellingen die een gekkenhuis of een verzameling huilende derwisjen waardig waren,’een ‘zware tol van waanzin en ontrouw veroorzaakten.’7 W.B. Godbey ging zelfs zover te beweren dat de Pinksterbeweging “predikers van Satan, jongleurs, necromanten, tovenaars en allerlei bedelaars waren.”8 De beweging werd door vrijwel iedereen veroordeeld: baptisten, anglicanen, presbyterianen, onafhankelijken, congregationalisten en broeders.

Veel schrijvers wezen op het verband met de uitwassen van de Heiligheidsbeweging (waar het occultisme de christelijke bijeenkomsten was binnengeslopen, bijv. Maria Woodworth-Etter), de opkomst van het spiritualisme, de opkomst van New Thought (opnieuw een syncretisme van occultisme en christendom) en het kwaad van emotioneel opwekkingsdenken (vooral de uitwassen van Methodistische opwekkingen, zoals Cane Ridge). Een andere belangrijke invloed op de oorsprong van de Pinksterbeweging was de Welsh Revival van 1904, die ook was vervallen tot de ergste uitwassen van emotionalisme, oppervlakkigheid en zelfs demonische activiteit (zie Jessie Penn-Lewis hierover).

Al deze invloeden smolten samen tot een vleselijk “enthousiasme” (een oud woord dat religieuze hysterie betekent). De pinksterbeweging was slechts ontaard, ongecontroleerd vleselijk gedrag onder invloed van occultisme in het jasje van het christendom. Nu wil dit niet zeggen dat er geen godvruchtige mensen in de beweging zaten, zoals er in elke sekte mensen zitten, maar de oorsprong van het Pinksterisme is wel degelijk occult en vleselijk.

Nu kan elk kerkgenootschap schandalen hebben, maar alle waarnemers hebben bevestigd dat de pinksterbeweging er veel meer heeft dan alle andere. Schokkende onthullingen volgen elkaar op. Overspel, fraude, alcoholisme, homoseksualiteit, liegen tegen de pers, meineed, ontucht met prostituees, frauduleuze beweringen over wonderen, gebruik van acteurs voor het opvoeren van wonderen, geweld (zelfs tegen kerkleden) – de lijst is eindeloos. Sommige schandalen waren zo gruwelijk dat er Hollywoodfilms van werden gemaakt.10 Aimee Semple McPhersone verzon zelfs haar eigen ontvoering om een overspelig schandaal te voorkomen. Het zondige gedrag werd ook overal in de wereld waar de Pinksterbeweging kwam herhaald.

Het was om deze redenen dat jonge gelovigen altijd werden gewaarschuwd weg van de Pinksterbeweging. En dan hebben we het nog niet eens over de verschrikkelijke valse leerstellingen die de hele Terwijl de Heiligheidsbeweging afnam, nam de Pinksterbeweging toe, waarbij enkele belangrijke leiders van partij wisselden (zoals Maria Woodworth-Etter).

Toen de pinksterbewegin begon, aan het begin van de 20e eeuw, was het het slechte schaap onder de christelijke denominaties. Zelfs tot in de jaren zeventig werden jonge gelovigen door evangelische leiders gewaarschuwd weg te blijven van de pinksterbeweging. Daar was een goede reden voor. Het begon met allerlei schandalen. De Topeka Revival (waar in 1901 bij een vrouw voor het eerst tongen verschenen) en de eerste Pinksterleider, Charles Parham, vielen in diskrediet nadat Parham was gearresteerd en beschuldigd van sodomie. Hiervan is hij nooit volledig hersteld.

De christelijke wereld was geschokt. Mensen schreven boeken waarin gelovigen werden gewaarschuwd voor de fouten en excessen (zoals The Tongues Movement van de eminente Brethren schrijver en zendeling G.H. Lang). G. Campbell Morgan (voorloper van Martyn Lloyd-Jones bij Westminster Chapel) noemde de vroege Pinksterbeweging ‘het laatste braaksel van Satan’. R.A. Torrey bevestigde dat de beweging ‘nadrukkelijk niet van God was, en gesticht door een Sodomiet’. H.A. Ironside zei dat de Heiligheids- en Pinksterbeweging ‘walgelijke … waanvoorstellingen en waanzin’ waren. waanideeën en krankzinnigheden’ waren en ‘pandemonium’s waar tentoonstellingen die een gekkenhuis of een verzameling huilende derwisjen waardig waren,’een ‘zware tol van waanzin en ontrouw veroorzaakten.’ W.B. Godbey ging zelfs zover te beweren dat de Pinksterbeweging “predikers van Satan, jongleurs, necromanten, tovenaars en allerlei bedelaars waren.” De beweging werd door vrijwel iedereen veroordeeld: baptisten, anglicanen, presbyterianen, onafhankelijken, congregationalisten en broeders.

Veel schrijvers wezen op het verband met de uitwassen van de Heiligheidsbeweging (waar het occultisme de christelijke bijeenkomsten was binnengeslopen, bijv. Maria Woodworth-Etter), de opkomst van het spiritualisme, de opkomst van New Thought (opnieuw een syncretisme van occultisme en christendom) en het kwaad van emotioneel opwekkingsdenken (vooral de uitwassen van Methodistische opwekkingen, zoals Cane Ridge). Een andere belangrijke invloed op de oorsprong van de Pinksterbeweging was de Welsh Revival van 1904, die ook was vervallen tot de ergste uitwassen van emotionalisme, oppervlakkigheid en zelfs demonische activiteit (zie Jessie Penn-Lewis hierover).

Al deze invloeden smolten samen tot een vleselijk “enthousiasme” (een oud woord dat religieuze hysterie betekent). De pinksterbeweging was slechts ontaard, ongecontroleerd vleselijk gedrag onder invloed van occultisme in het jasje van het christendom. Nu wil dit niet zeggen dat er geen godvruchtige mensen in de beweging zaten, zoals er in elke sekte mensen zitten, maar de oorsprong van het Pinksterisme is wel degelijk occult en vleselijk.9
Nu kan elk kerkgenootschap schandalen hebben, maar alle waarnemers hebben bevestigd dat de pinksterbeweging er veel meer heeft dan alle andere. Schokkende onthullingen volgen elkaar op. Overspel, fraude, alcoholisme, homoseksualiteit, liegen tegen de pers, meineed, ontucht met prostituees, frauduleuze beweringen over wonderen, gebruik van acteurs voor het opvoeren van wonderen, geweld (zelfs tegen kerkleden) – de lijst is eindeloos. Sommige schandalen waren zo gruwelijk dat er Hollywoodfilms van werden gemaakt.10 Aimee Semple McPhersone verzon zelfs haar eigen ontvoering om een overspelig schandaal te voorkomen. Het zondige gedrag werd ook overal in de wereld waar de Pinksterbeweging kwam herhaald.
Het was om deze redenen dat jonge gelovigen altijd werden gewaarschuwd weg van de Pinksterbeweging.En dan hebben we het nog niet eens over de verschrikkelijke valse leerstellingen die de hele beweging (zoals de ontkenning van de Drie-eenheid door sommigen), of de abberationele praktijken die zelfs het hanteren van slangen inhielden. Wij kunnen deze hier niet opsommen.

Late regen
De pinksterbeweging ging eind jaren veertig radicaal te werk met de “Sharon-opwekking” in wat de Late Regen-beweging wordt genoemd. Hoewel deze later door de Assemblies of Goddenominatie werd verboden, had zij een blijvend effect op de pinksterbeweging. Centraal stonden de heerschappij in de kerk van autoritaire apostelen en profeten, wonderen, genezing, bevrijding van demonen en krachtige muzikale lofprijzing. Er kwamen veel ernstig valse leerstellingen in voor en leiders die verschrikkelijke charlatans waren. Uit deze beweging kwam de ketter William Branham voort en de daaropvolgende Healing Revival van de late jaren ’40 en ’50.

In wezen was de Pinksterbeweging gebaseerd op vleselijk, emotioneel gedrag, occulte verschijnselen, valse leer, valse aanbidding, afwijkende praktijken, zondig leiderschap en goedgelovige, gemanipuleerde mensen. Tot 1960 was het het zwarte schaap van de christelijke kerk, een in Engeland verborgen sekte, met weinig invloed op gewone evangelischen. Dit alles veranderde met de Charismatische Beweging.

De Charismatische Beweging

Wat er gebeurde was dat de pinksterbeweging na 1960 op verschillende manieren niet langer met argwaan werd bekeken door protestanten en katholieken en dat zij langzaam maar zeker de evangelische kerken binnendrong. Eerst kwam dat met de Britse Renewal Movement, waarbij bepaalde gevestigde kerken bepaalde ideeën en praktijken van de Pinksterbeweging begonnen te aanvaarden, met name het idee van een doop in de Geest waarbij tongen worden geproduceerd, die tot geestelijke kracht en vreugde zouden leiden. De Fountain Trust (Michael Harper) was hiervoor het verzamelpunt, die overal vernieuwing wilde brengen, vooral in Anglicaanse kerken. Een andere Anglicaan, David Watson, was ook een sleutelfiguur in Cambridge en vervolgens in York. De boodschap was: “Je hoeft je kerk niet te veranderen om als een Pinkstergemeente te zijn; je hoeft alleen maar de doop met de Geest te ervaren zoals zij deden en in tongen te spreken”.

Vervolgens begonnen bepaalde Brethren en Baptistenkerken de Vernieuwing te aanvaarden na de bekering van hun leiders tot Pinksterervaringen, zoals Harold Owen of Arthur Wallis. Enkele vrij beroemde baptisten, zoals David Pawson, werden aanhangers van de CM. Dit was een periode van open oorlog tussen de Vernieuwingspartij en de conservatieven die tegen de Pinksterbeweging waren. Zo stelde John Stott zich op tegen de Vernieuwing (waardoor Harper van zijn geloof werd afgehouden), maar Lloyd-Jones twijfelde (in de hoop dat het een terugkeer zou zijn naar de puriteinse praktische godsvrucht).

In deze tijd bekeerden sommige leiders zich tot harde Charismatici (de groeiende volksterm waarin de Pinksterbeweging niet voorkomt), zoals Gerald Coates, die in de Geest werd gedoopt terwijl hij op een fiets zat. Anderen bleven meer ingetogen en bleven op hun normale manier leiding geven (zoals Peter Lewis, die in de Geest werd gedoopt terwijl hij preekte). De volgende gebeurtenis was een echte beweging van God rond 1970 om grote aantallen jongeren, idealistische hippies en studenten te bekeren. In Amerika was dit de ‘Jesus Movement’ en in Groot-Brittannië leidde dit tot de ‘House Church Movement’. Hier werd ik bekeerd. In onze studentenvereniging was het niet ongewoon om vrij regelmatig echte bekeerlingen te zien, door vriendelijk getuigenis, wat ik in die tijd gewoon normaal christendom vond.

Veel van deze bekeerlingen verenigden zich in huiskerken, zodat overal in Groot-Brittannië honderden van dergelijke kerken ontstonden. Steden en dorpen in Groot-Brittannië hadden plotseling een nieuwe huiskerk vol andersdenkenden, met maximaal zo’n 30 mensen. Sommige steden hadden meerdere volledig onafhankelijke huiskerken, die een effectiever getuigenis aflegden dan de institutionele kerken; sommige kwamen al vroeg samen in scholen. Het was gebruikelijk dat deze huiskerken een invloed hadden onder de plaatselijke christelijke bevolking die niet in verhouding stond tot hun ledental.

Restaurationisme

Wat vervolgens gebeurde was het verschijnen en de ontwikkeling van de Restauratie- of Nieuwe Kerken. Geleidelijk aan, gedurende de jaren ’70 en het begin van de jaren ’80, werden deze huiskerken samengevoegd tot een van de verschillende Restauratiekerken. Hiervan ontstonden verschillende denominaties, meestal gebaseerd op locatie: Harvestime onder Bryn Jones in Bradford en het noorden; de groepen van John Noble in Essex, de groepen van Gerald Coates in Surrey, de mensen van Peter Lynne in Bristol, de groepen van G North rond Londen, de kerk van Barney Coomb in Basingstoke en de kerk van Fred Pride in het westen van het land.

Deze verschillende groepen (we hebben er maar een paar genoemd) groeiden na verloop van tijd weer samen tot harde denominaties onder leiding van autoritaire leiders. De belangrijkste zijn nu Pioneer People (de groepen van Coates en Noble). Ichthus (Roger en Faith Forster) in Londen, en NFI (Terry Virgo), plus enkele kleinere (maar grote) kerken. Deze kregen een impuls door de verschijning van John Wimber in het midden van de jaren ’80 en sloten zich allemaal aan bij de Signs and Wonders-beweging, die zich op haar beurt ontwikkelde tot de profetische beweging en het exhibitionisme van Toronto enz.

De CM overname

Toen de Restoration-kerken vrij groot leken te worden, begonnen steeds meer conservatieve kerken in te zien dat de enige manier om jonge mensen aan te trekken was de Charismatische kerken na te bootsen. Mettertijd begonnen steeds meer kerken (zelfs die welke tegen de leerstellingen van de CM gekant waren) op “Charismania-lite” te lijken; zij namen CM-liederen, CM-type muziek, CM-type aanbidding, CM-stijl van samenkomst en CM-strategieën over. Zij De stroom onder Bryn Jones werd ‘Restauratiekerken’ genoemd (naar de titel van hun tijdschrift) terwijl Gerald Coates de term ‘Nieuwe Kerken’ bedacht om te voorkomen dat zijn stroming in verband werd gebracht met Jones, na een splitsing.

De pinksterbeweging ging eind jaren veertig radicaal te werk met de “Sharon-opwekking” in wat de Laatste Regen-beweging wordt genoemd. Hoewel deze later door de Assemblies of Goddenominatie werd verboden, had zij een blijvend effect op de pinksterbeweging. Centraal stonden de heerschappij in de kerk van autoritaire apostelen en profeten, wonderen, genezing, bevrijding van demonen en krachtige muzikale lofprijzing (zie bijlage 1). Er kwamen veel ernstig valse leerstellingen in voor en leiders die verschrikkelijke charlatans waren. Uit deze beweging kwam de ketter William Branham voort en de daaropvolgende Healing Revival van de late jaren ’40 en ’50.

Dat is alles wat we in dit korte kompas kunnen zeggen, maar het is genoeg. Om meer te ontdekken leest u de genoemde bronnen.11 In wezen was de Pinksterbeweging gebaseerd op vleselijk, emotioneel gedrag, occulte verschijnselen, valse leer, valse aanbidding, afwijkende praktijken, zondig leiderschap en goedgelovige, gemanipuleerde mensen. Tot 1960 was het het zwarte schaap van de christelijke kerk, een in Engeland verborgen sekte, met weinig invloed op gewone evangelischen.12
Dit alles veranderde met de Charismatische Beweging.

Het netto resultaat

Het nettoresultaat was dus dat wat in het leven begon als een malafide versie van afwijkend christendom, een sekte die werd geassocieerd met occultisme en valse leer, geleidelijk het grootste deel van de kerk overnam na te zijn omgevormd tot het CM, dat slechts een Paard van Troje was voor de Pinksterbeweging. De slechtste kenmerken van de Pinksterbeweging (Latter Rain) waren de drijvende kracht achter het Restorationisme, het meest succesvolle aspect van de CM in Groot-Brittannië.
Ik heb hier meer tijd aan besteed dan gepland en moet overgaan tot het doel van dit artikel – aantonen waarom de CM heeft gefaald. Mijn stelling in dit artikel is dat de CM op meerdere manieren verantwoordelijk is voor de enorme achteruitgang van de Britse kerk. Welke factor je ook onderzoekt, het is nu veel slechter gesteld dan 50 jaar geleden. De CM is verantwoordelijk voor de geleidelijke vernietiging van de evangelische kerk, wat altijd al het satanische doel was, geholpen door aanzienlijke investeringen van de mondiale elite die het christendom te gronde wil richten.

Dit bericht is geplaatst in charismania, Charismatische beweging, Heilige Geest. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *