Intellectuele biografie anno 2023

Voor wie mij lief is:

Geboren en getogen in Amsterdam, opgevoed met de kinderbijbel en dan een diepgaande ontmoeting met “broeder Karel  Post” in de bijbelkiosk in de Linnaeusstraat die tot mijn bekering heeft geleid. Gelijktijdig de invloed van het familiegeheim: “wist je al dat je overgrootmoeder een Jodin was?” De ontdekking van de vaardigheid om teksten uit te leggen en toe te passen en dan gedoopt in de Vergadering van Gelovigen in Amsterdam. Voorbestemd om een “lerende broeder” te worden in de stijl van Willem Ouweneel.

Dan vanaf mijn 15e de ontdekking van de wereld van Nietzsche, Heidegger en Hegel. De ongelofelijke moeilijkheden bij het interpreteren van Hegel brachten mij naar de studie van de filosofie in Amsterdam, bij Jan Hollak, maar vooral bij Kees-Jan Brons. De “zaak” ligt ingebed in de “tekst”- filosofische exegese van het hoogste niveau.  Tegelijkertijd studie theologie bij Smit-Sibinga en Theo de Jong: exegese van het Nieuwe Testament, en vooral: studie Oude Testament bij Karel Deurloo. Niet alleen het christendom verlaten, maar actief de onwaarheid ervan ontdekken. Na enkele jaren ook nog de studie Semitische Talen bij Nico van Uchelen en Jan-Willem Wesselius en privé studie Talmoed bij Rav Jisraël Herschler.

In die tijd een periode van zeven jaar waarin ik probeerde over te gaan tot het Jodendom – maar dat was nog te zwaar, sociaal moeilijk, met te weinig kennis van Hebreeuws om dat te redden. Sjabbat vieren, sjoelbezoek, Torah lernen, zoveel mogelijk. Maar het was te weinig. Besloten om niet naar Israël te gaan vanwege de komst van mijn oudste zoon.

Uiteindelijk dus, met deze zevenjarige onderbreking, van de Vergadering van Gelovigen overgegaan naar de vrijzinnige christelijke “Doopsgezinde Broederschap.” Dat gaf ruimte voor kritische theologie. Daar predikant geworden met een enorme nadruk aanvankelijk op het lezen en uitleggen van het Oude Testament – de ethische richting, in strakke navolging van de oorspronkelijke ideeën van Menno Simons. Vriendschap met de vroeg gestorven Sjouke Voolstra, die zich hartstochtelijk inzette voor een herstel van de oorspronkelijke visie van Menno in de Doopsgezinde Broederschap. Na zijn dood afstand genomen van de Broederschap.

Via Karl Barth en John MacArthur de eerste stappen gezet in de evangelisch christelijke wereld. Zoektocht naar een christelijk geloof dat “werkt”, i.p.v. de lauwe, seculiere vrijzinnigheid. Een moeizame en gespannen tijd omdat ik me daar nooit helemaal in heb kunnen thuisvoelen.

Dissertatie in 2001 over de christelijke ethiek en de noodzaak om die langs meer joodse lijnen te beschouwen. (Heteronomie in plaats van autonomie.) Ook afwijzing van de leer van de Heilige Geest in de christelijke ethiek en dogmatiek. Groeiende problemen ook ten aanzien van de leer van de Triniteit en het Plaatsvervangend Lijden. De mensheid van Jezus interessanter dan speculaties over zijn goddelijkheid.

Vanwege de dood van mijn mentor Sjouke Voolstra en een crisis in mijn persoonlijke leven – mijn huwelijk – de Broederschap verlaten en Hervormd predikant geworden in Ter Apel. Na Ter Apel kwam IJmuiden, na IJmuiden kwam Knokke in België. Daar met emeritaat gegaan.

Als gepensioneerde eindelijk de vrijheid hervonden om de inzichten te volgen die zich in de loop van 50 jaar hadden opgestapeld. Jezus als mens zijn wij eerbied verschuldigd, maar geen verering of aanbidding. De rabbijnse literatuur is vele malen interessanter dan de christelijke literatuur. Hernieuwde studie van het Jodendom, op zoek naar inzichten op ethisch en cultureel terrein. Op zoek naar een joods humanisme dat geloof in God beschouwt vanuit een functioneel gezichtspunt. Afwijzing van de evangelisch-gereformeerde dogmatiek.

In God geloven is Zijn eigenschappen vertonen. Maimonides: Gods bestaan in alles veronderstellen, als fundament van het gehele bouwwerk van de geboden. Spreuken der Vaderen: weten voor Wie je staat en aan Wie je verantwoording schuldig bent: maximalisering van de ethische spanning.

Dit alles is bedoeld als een soort biografie in de stijl van Lévinas. Die biografie wordt gedomineerd door twee even simpele als complexe vragen: wat is de waarheid van religie? En wat betekent dat voor mijn persoonlijk leven?

Die biografie is wezenlijk de zoektocht van een jood in een tweevoudige diaspora naar zijn intellectuele positie en voorgeschiedenis – tweevoudig: door beslissingen van de overgrootmoeder die katholiek gedoopt werd, afgesneden van de joodse wortels, en vanwege die joodse wortels afgesneden van de christelijke familie.

Het gaat echter niet om het doel, maar om de weg.

Dit bericht is geplaatst in Autobiografisch. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *