Het anti-judaïsme van Paulus

Het is heel goed mogelijk om te beargumenteren, zoals sommigen hebben gedaan, dat Paulus totaal vervreemd was van zijn voorouderlijk geloof, van het Jodendom. Als bewijs moeten we verschillende passages in zijn geschriften bekijken.

Voornamelijk I Thess. 2 :1  – 15 , waar Paulus ‘de Joden’ aanvalt als vervolgers van Jezus en de kerken.

14 Want gij, broeders, zijt navolgers geworden der Gemeenten Gods, die in Judea zijn, in Christus Jezus; dewijl ook gij hetzelfde geleden hebt van uw eigen medeburgers, gelijk als zij van de Joden; 15 Welke ook gedood hebben den Heere Jezus, en hun eigen profeten; en ons hebben vervolgd, en Gode niet behagen, en allen mensen tegen zijn; 16 En verhinderen ons te spreken tot de heidenen, dat zij zalig mochten worden; opdat zij te allen tijd hun zonden vervullen zouden. En de toorn is over hen gekomen tot het einde.

Ook de scherpe verwerping van Joodse claims op de erfenis van Abraham in Galaten, met name Gal. 3 :19 – 22 en 4:22, 30.

3:19 Waartoe is dan de wet? Zij is om der overtredingen wil daarbij gesteld, totdat het zaad zou gekomen zijn, dien het beloofd was; en zij is door de engelen besteld in de hand des Middelaars.

4:24 Hetwelk dingen zijn, die andere beduiding hebben; want deze zijn de twee verbonden; het ene van den berg Sina, tot dienstbaarheid barende, hetwelk is Agar; 25 Want dit, namelijk Agar, is Sina, een berg in Arabië, en komt overeen met Jeruzalem, dat nu is, en dienstbaar is met haar kinderen.

En niet in de laatste plaats de schijnbare onlogica van Paulus’ argumentatie in Romeinen: in het bijzonder 3:1 , waar het meer voor de hand liggende antwoord op de vraag, “Welk voordeel heeft de Jood dan?”, geen lijkt te zijn!

En de incoherentie van de hoofdstukken 9-1 1 , waar het lijkt alsof ‘het woord van God’ heeft ‘gefaald’ (9.6), waarbij Israël de rol wordt toegewezen van de ‘vaten des toorns’ die eerder werd vervuld door Esau en Farao.

Verraden zulke passages niet Paulus’ volledige vervreemding van zijn erfgoed –  verkiezing nu niets anders dan een leeg begrip, de Joden  door God verlaten?

Dit bericht is geplaatst in Israël, Jodendom. Bookmark de permalink.

2 reacties op Het anti-judaïsme van Paulus

  1. Robbert Veen schreef:

    Dag Jan, fijn dat je nog even wil doorpraten.

    Het is zeker waar dat het uiteindelijk gaat om de vraag wie is Jezus. En het is ook waar dat Jodendom en christendom alleen maar dichter bij elkaar kunnen komen wanneer we de openbaring in het Nieuwe Testament ook op een andere wijze gaan bekijken.

    De kern van het Nieuwe Testament is de verkondiging en het onderwijs van Jezus. Dat is ingebed in de grote gebeurtenissen van, vooral, het einde van zijn leven. Dat valt ten dele uit de evangeliën te herleiden.

    Maar daarna begint de uitleg van zijn woorden en zijn leven, en dat is theologie. Dat betekent dat je, historisch gezien, meteen in een strijd zit tussen uiteenlopende opvattingen. Het Nieuwe Testament zoals wij dat nu hebben, is de uitkomst van die strijd. Paulus bijvoorbeeld was in het begin helemaal niet belangrijk als theoloog, en zijn brieven zijn alleen maar beslissend geworden in de theologie van een latere kerk. Dat zie je nog terug in sommige edities van de Bijbel die de brieven van Paulus aan het einde van de Brieven hebben geplaatst, maar zijn begonnen met de brief van Jacobus en die van Petrus. Je ziet het ook in de subtiele verschillen tussen de opvattingen van Johannes aan het einde van de eerste eeuw, en de theologie van Marcus. Bij de laatste vind je nou juist dat adoptianisme waar ik vroeger nog wel eens over heb gesproken.

    In de teksten van het Nieuwe Testament zit dus ten eerste een rangorde: de woorden en daden van Jezus, de constructie van de evangelisten, de uitleg van Paulus – die Jezus niet gekend heeft. Maar dan ook nog aan de ene kant de joodse context van de evangelisten, en de strijd met de opkomende Gnostiek. Je ziet vaker in de geschiedenis dat de middenweg uiteindelijk de overhand krijgt. Tussen de joodse sekten in, die Jezus alleen gekend hebben als mens, en de spirituele opvattingen van de Gnostiek, zit dan de belangrijkste lijn van denken in het Nieuwe Testament.

    En dan is er nog de grote vraag hoe we Paulus eigenlijk moeten lezen. Is dat door de bril van het vierde-eeuwse, het 16e-eeuwse of het twintigste-eeuwse christendom? Juist in de laatste tijd wordt steeds duidelijker wat Paulus precies beoogd heeft, en dat hij vooral niet-joodse christenen wilde aanspreken, en dat het hem te doen was om de opbouw van een nieuwe gemeenschap waarin joden en niet joden gelijkwaardig waren. Vooral gemotiveerd door een gedeelde overtuiging dat er geen lange tijd zou zitten tussen de lijdende Messias en de triomfantelijke Messias. Jezus zou snel terugkomen. Alles bij Paulus moet daarom eschatologisch worden verstaan.

    De tweede kwestie is ingewikkelder. Ik hou geen “traditioneel Jodendom” over, want dat bestond helemaal niet in de eerste eeuw. En wat ik in twijfel trek is niet de Tenach, maar wel de structurele omvorming van de Tenach tot het zogenaamde Oude Testament. Daar kunnen we dan blijkbaar mee doen wat ze willen. Dat heeft er bij mij toe geleid dat ik als vuistregel hanteer, dat het Nieuwe Testament volledig legitiem een poging doet om de Thora in zijn Messiaanse vorm, als belichaamd Woord van God te zien, maar dat het tot theologische overdrijvingen en vergissingen komt wanneer het rechtstreeks de “theologie” van het Oude Testament tegenspreekt. Dat maakt dat de leer van de rechtvaardiging door geloof alleen – die volgens mij niet in de protestantse vorm bij Paulus valt terug te vinden – moet worden geherinterpreteerd. Ik heb een vaag idee hoe dat er dan uit zou moeten zien, maar daarover zal ik nog wel een blog schrijven.

    Hoe we de geloofsafval onder christenen na Pinksteren moeten zien, is ook een ingewikkelde vraag. Natuurlijk kun je de vervolgingen aanwijzen als een oorzaak daarvan. De assimilatie aan de Griekse en Romeinse cultuur is zeker ook een bron voor wat je noemt de geloofsombuiging. Religieuze gemeenschappen kunnen wel een verklaring voor zichzelf geven met behulp van theologische begrippen als de Heilige Geest, maar het zijn ook gewoon historische gemeenschappen van mensen die te worstelen hebben met de omstandigheden en de denkwijze van hun eigen tijd. Na het schisma ontwikkelt het christendom zich in een zuiver heidense richting en verliest contact met zijn joodse voedingsbodem. Daarvan zeg ik theologisch dat het tot allerlei verkeerde leerstellingen, verkeerde praktijken – kettervervolging – en een diepe haat tegenover alles wat joods is heeft geleid. Het lijkt mij onmiskenbaar dat het christendom dat daar de naïeve voortzetting van is, inderdaad tot op het fundament moet worden gesloopt en opnieuw moet worden opgebouwd vanuit een grondslag dat het voor het grootste deel gemeenschappelijk heeft met het algemene Jodendom van de tweede tempel, zoals Dunn het zou noemen.

    Ik zoek naar het geloof van Jezus, als variatie binnen de joodse manier om God te beleven en te kennen. Wat ik kwijt ben is het geloof in Jezus, omdat ik mij ook niet kan voorstellen dat een jood zoals Jezus iets dergelijks voor ogen heeft gestaan. Hij kwam om de God van zijn vaderen te eren, niet om op heidense wijze te worden aanbeden.

  2. Jan Luiten schreef:

    ’t Is maar hoe je het bekijkt. Voor de meeste van de toenmalige Joden was de beweging rond Jezus een sekte. Voor de (joodse) apostelen het juiste vervolg op het Oude Testament. De kloof tussen Jodendom en Christendom spitst zich dus toe op de vraag: wie is Jezus? Ik zie niet in hoe je die twee tot elkaar kan brengen zonder afbreuk te doen aan het Nieuwe Testament. De vraag dus: acht je het NT betrouwbare waarheid of maar ten dele of helemaal niet. Als je het huis van het christendom wil slopen en opnieuw wil opbouwen loop je daar, lijkt me, op vast. Wat je dan waarschijnlijk overhoudt is traditioneel Jodendom. Of helemaal niets, als je ook het OT in twijfel gaat trekken.

    Overigens wil ik wel een klein pleidooi voor de Joden houden. Bladerend in het Memorboek, dat de Joodse geschiedenis in Nederland beschrijft, kwam ik een overzicht tegen van alle plaatsen waar Joden woonden. Dat is dus verspreid door heel Nederland. Ik denk dat daar een betekenis in ligt. Namelijk de boodschap, dat de Joden het levende bewijs zijn dat God zich daadwerkelijk heeft geopenbaard (in de woestijn). Daar zou wel eens een bron van jaloezie, en dus jodenhaat, kunnen liggen. Wat er voortgekomen is uit het christendom toen het zich ging vermengen met wereldlijke macht is vreselijk geweest en veel erger dan de spottende houding van de omliggende volken van Israel ten tijde van de ballingschap. Ik denk wel dat je daarbij onderscheid moet maken tussen oprecht Godvrezende Joden en oprecht gelovige Christenen enerzijds en zij die alleen maar in naam Jood of Christen waren. Die ‘Lutherse jongetjes’ hingen een verkeerde theologie aan, namelijk dat God achter bepaalde staten, in hun geval dus het Duitse Rijk, zou staan.
    Hier ligt een vraag voor mij. Na Pinksteren, als de Geest door gaat werken, is ook veel geloofsafval of beter gezegd geloofsombuiging onder christenen, wat overigens ook voorspeld is door Jezus en de apostelen. Hoe dit te bezien?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *