Als dit de maatstaf is, dan ben ik een ketter. Meer nog, dan is mijn geloof niet echt. Sterker nog: dan ga ik verloren.
Willem Ouweneel: “Er is (wat ik noem) fundamentele dwaalleer; om die te onderscheiden heb ik deze vuistregel: als iemand zulke dwaalleer aanhangt, kun je je oprecht afvragen of zo iemand wel behouden kan worden c.q. of je die persoon wel een christen kunt noemen.”
Treffende voorbeelden:
- De loochening van de Godheid van Christus.
Net als orthodoxe Joden geloof ik niet in de godheid van Christus, sterker nog, ik noem dat een verderfelijke dwaalleer die de eer van God schendt. Een mens verheffen tot godheid is het ergste dat de eerste gemeente heeft gedaan.
2. De loochening van de lichamelijke opstanding van Christus
Net als orthodoxe Joden houd ik het niet voor onmogelijk, maar ik acht het zonder veel betekenis. Het verhaal reflecteert een verwachting over de geestelijke opstanding van het Joodse volk, omdat alles wat in Tenach over Israel, de Tempel, de Torah en het land gezegd wordt, in het NT op Jezus van Nazareth wordt toegepast.
3. De loochening van de verzoenende betekenis van Christus’ kruislijden
Ik zie niet in waarom dit de enige “theorie van de verzoening” zou moeten zijn. In grove omtrekken bedacht door Paulus en door Anselmus van Canterbury in de theologie als dogma ingevoerd, lijkt het mij de minst OT-ische opvatting van verzoening te zijn. Een mensenoffer voor de zonden van de mensheid? Totaal on-Joods en on-Bijbels. Ondanks het feit dat Paulus het graag zo wilde zien, en dat brengt me bij het laatste punt:
4. De loochening van de Goddelijke inspiratie van de Bijbel.
Hier moeten we nauwkeurig zijn. De Torah is “uit de hemel”, zoals Maimonides zegt. Al het andere dat door Israël (en de kerk) gezegd is, moet daaraan worden getoetst. Net als orthodoxe joden geloof ik in de mondelinge Torah. Maar het Nieuwe Testament is voor een deel propagandistische literatuur, voor een deel kerkelijke instructie, voor een deel praktische leer, voor een deel theologie etc. Het hoort tot de “kring” van de reacties op de Openbaring en heeft voor mij dezelfde status als de Rabbijnse Midrasj.
Ik deel dus deze fundamentele dwaalleer – ik ben dus geen “Christen” volgens dit schema van Ouweneel, maar eerder een Orthodoxe Joods-gelovige. Net als Jezus, die volgens mij in geen van deze zaken daadwerkelijk geloofd heeft. Ik ga overigens liever verloren met Joden, dan behouden met zogenaamde “Christenen” als ik daartoe deze zogenaamde kernpunten van Christelijk geloof zou moeten delen. Vooral als je ziet hoezeer dit alles verbonden is met de kerkelijke opvatting van de superioriteit van het Evangelie – en daarmee van Christenen – boven het Jodendom.
Ik ben liever een staart van de leeuw, dan de kop van de jakhals.
Zal ik wél of niet reageren? Er wordt vandaag de dag al zoveel, te snel gecommuniceerd…
En je hebt volgens de psychologie ‘sharpeners’ en ‘levelers’, mensen die (te) scherp formuleren en mensen die te veel verschillen wegpoetsen.
Wat mij geholpen heeft bij de (ingewikkelde) relatie tussen Joden en Christenen – die aanvankelijk als een Joodse sekte werden beschouwd – is hoe Paulus met deze verschillen omging en hoe hij zich uitputte om de kloof tussen hen te overbruggen.
Daarnaast was voor mij het boek ‘De grote toekomst van Israël, de Kerk en de volken’ van A. Keizer een mooie leidraad hoe God in Zijn toekomstig Rijk de verschillen (in dogmatiek!) zal wegnemen. Van harte aan bevolen!
Dag Robbert, wat toch heeft jouw afkeer van het christendom veroorzaakt? Teleurstelling? Ergernis over christelijke hoogmoed? Iets anders?
Groet!
Dag Jan. Dat is wel een heel confronterende vraag!
Ik denk zelf niet dat er sprake is van afkeer, al zou ik daar wel een paar redenen voor kunnen geven: Christelijk antisemitisme en het mede verantwoordelijk zijn voor de Shoah is de meest zwaarwegende. De eeuwige ketterstrijd om de vraag wie het juiste “geloof” heeft en het gebrek aan religieuze praktijk is er nog een.
Maar ik heb wel het idee gekregen dat de officiele, normatieve vorm van het Christendom – zoals bij voorbeeld recent door Willem Ouweneel nog eens netjes onder woorden gebracht, dat kun je wel aan hem overlaten – gekoppeld aan het oordeel wie wel of niet een Christen mag heten en wie wel of niet behouden is, in ieder geval liberale Christenen, en Messiaanse Joden en Messiaanse Joods-gelovigen naar de keel moet grijpen. Om zo te worden weggezet!
Ik wil graag het Christendom zuiveren – in ieder geval “mijn” Christelijke overtuiging – van al het Griekse en mythische dat er in de loop van de tijd is binnengeslopen, en dat nu wordt uitgegeven als deel van het normatieve Christendom. Precies die punten waar de evangelische beweging zo op hamert: de godheid van Jezus, de kerk in de plaats van Israel, de hemelse roeping van Christus-gelovigen, het plaatsvervangend lijden en het zondoffer van Jezus, de triniteitsleer, de leer van de verzoening door het sterven van Jezus, de opstanding als een historische gebeurtenis, al die zaken die niet tot het geloof van Jezus hebben behoord, maar deel zijn gaan uitmaken van het geloof dat Jezus als onderwerp kreeg, het geloof over en in Jezus.
Ik denk dat ik een soort Nicodemus ben gebleven, en een Arimatheeër ben geworden. (Zie mijn blog over de Arimatheeër elders op deze site.) Grote bewondering voor Jezus, maar niet volgens het heidense model dat de kerk vanaf de 2e eeuw is gaan domineren. Jezus als uiterst belangrijke leraar – zoals Nicodemus wist: “U bent een leraar van God gekomen!” Maar niet meer dan dat – is het ook niet genoeg in een heel realistische zin? Het Christendom had een Joodse sekte moeten blijven…