De laatste tijd wordt vanwege het coronavirus steeds maar weer verwezen naar Psalm 91. Daar lezen we immers “Hij zal u redden van de strik van de vogelvanger, van de zeer verderfelijke pest” en in vers 6 (u zult niet vrezen voor)… De pest, die in het donker rondgaat, voor het verderf dat midden op de dag verwoest.”
Maar wie is hier degene die wordt aangesproken? En door wie wordt hij aangesproken? De Psalm heeft duidelijk een indeling in drieën. In het eerste en tweede vers spreekt een “ik”, en ik denk dat dat de Koning is. Vervolgens spreekt in vers 3 tot en met 13 een niet met name genoemde profeet tegen deze “ik-persoon.” De verzen 14 tot en met 16 zijn overduidelijk woorden van God zelf – wellicht ook rechtstreeks door de profeet aan de koning meegedeeld.
Waarom moet dit een koning zijn? Kijk maar naar de beschrijving in vers 5, “u zult niet vrezen … voor de pijl die overdag aan komt vliegen.” En dan in vers 7, “al zullen er 1000 vallen aan uw zijde en 10.000 aan uw rechterhand.” Dit is niet zomaar iemand; dit is niet iemand zoals wij. Het is de Koning die hier zijn vertrouwen in God stelt en hij zit duidelijk in het midden van een zware strijd. Wie van ons heeft 10.000 aan zijn rechterhand zien vallen? Wie van ons hebben de pijlen om zijn hoofd gevlogen? Alleen de Koning van Israël zou dit kunnen zeggen in het heetst van de strijd.
En is het zomaar de koning in het algemeen? Of David? Ik denk dat dit verwijst naar Christus als Koning. Want deze koning is onkwetsbaar en onoverwinnelijk, en niet zoals David. (Vergelijk maar eens Psalm 44 waar de koning en zijn legers de strijd verliezen.) Maar gelovigen zijn in de geschiedenis veel kwetsbaarder geweest en hebben soms de martelaarsdood moeten ondergaan. Het is simpelweg niet waar in de geschiedenis dat de gelovigen voor pijlen, pest, verderf et cetera bewaard zijn gebleven. Waarom zou dat nu ineens bij dit virus wel het geval zijn?
Het lijkt mij dat dit een Messiaanse Psalm moet zijn. Kijk maar naar de geschiedenis. Op allerlei manieren is de Here Jezus bewaard gebleven. Hij is ontsnapt aan de kindermoord in Bethlehem. Hij kon tegen een melaatse zeggen “wees gereinigd” en hem aanraken zonder zelf besmet te raken. Dat moet zelfs de reden zijn geweest dat Jezus de man aanraakt, om te laten zien dat Hij inderdaad de onoverwinnelijke koning was. Na zijn eerste preek willen ze hem doden, maar Hij loopt simpelweg tussen hen door en verdwijnt. Niemand kon de Here Jezus aanraken vóór het moment kwam dat Hij zelf vrijwillig Zijn leven overgaf. (Zo zegt Johannes 10, “niemand neemt het Mij af, maar Ik geef het (dat is mijn leven) uit Mijzelf” – Joh. 10:18.)
Psalm 91 is een psalm waarin David de taal van zijn wereld gebruikt om te spreken over de onoverwinnelijkheid van zijn grotere zoon Jezus. En dat is troostend. De Psalm laat zien dat onze Koning de Leeuw en de Cobra zal vertrappen – het symbool van de kwaadaardige naties die tegen Hem gekant zijn. Daarmee zegt Hij tegen ons dat hoeveel macht het kwade ook over ons heeft in deze wereld – inclusief pest en pijlen, kwaadaardige overheden, ja zelfs het coronavirus – de macht van onze Koning daarboven uitgaat. Hij immers kan door dit kwade niet worden overmand of misleid. En daarom kan Hij onze Hogepriester zijn die voor ons bidt.
De troost in deze Psalm is niet dat God ons onvoorwaardelijk beschermen zal tegen alle ziekten en plagen die er maar zijn. En zeker niet dat een of andere quasi profetische stem (Joseph Prince) in het heden kan zeggen, dat deze Psalm voor ons van toepassing is als we maar op de juiste wijze geloven. De troost is helemaal niet dat wij daarvoor “ons geloof moeten oefenen of wapenen om die bescherming mogelijk te maken” (zoals Tom de Wal ons wil laten geloven), de troost is dat wij een Here Jezus volgen die door het coronavirus niet wordt overmand en niet van Zijn plan wordt afgebracht, en het voornemen van God de Vader in de geschiedenis niet zal onderbreken.
Dat is naar mijn overtuiging de enige correcte manier om Psalm 91 in verband te brengen met het coronavirus. Maar let maar eens op wat er in de komende dagen nog aan misbruik met deze Psalm zal plaatsvinden.