“De Heere heeft mij op mijn hart gelegd…”

Het is tijd voor zelfkritiek en schuldbelijdenis. Ik betrapte me erop dat ik mijn keuze voor een bijbelgedeelte voor de zondag rechtvaardigde door te zeggen: “de Heere heeft mij dit op het hart gelegd.” Ik bedoelde daarmee dat een gedeelte van Gods Woord in de dagen van de voorbereiding sterk in mijn aandacht kwam. Dat ik er steeds weer opnieuw over moest nadenken. En dat het om die reden gepast leek om dat gedeelte op de zondag aan de gemeente voor te leggen. Maar met deze woorden suggereerde ik dat de Geest dat Zelf aan mij had aangereikt. Ach! Ik bijzonder mens, kreeg deze bijzondere boodschap speciaal voor u, gemeente! Wat een aanmatiging!

 
Daarover doe ik nu boete. Want het is niet juist. Ik moet de verantwoordelijkheid nemen voor de keuze van een tekst, voor de uitleg van Gods heilig Woord. Er was geen stem uit de hemel die mij die tekst aanwees, en hoezeer ik ook heb gebeden dat dit de goede tekst voor die zondag was, heb ik geen zekerheid dat de Heilige Geest mij dit zou hebben opgelegd.
 
Dat wil niet zeggen dat de voorbereiding van de verkondiging buiten de Heilige Geest om gebeurt. Zeker niet als de verkondiging niet bestaat uit het voorlezen van een vooraf op papier gesteld verhaal. Maar net zoals een piano niet hoeft te beslissen welke muziek gespeeld wordt, is dat ook mijn verantwoordelijkheid niet. Mijn taak is het alleen om bruikbaar te zijn, om obstakels te ruimen, om mijzelf ter beschikking te stellen met de kennis van het Woord, en met de intentie om dat Woord alleen te laten spreken – ook wanneer het pijnlijk is voor mijzelf of voor de gemeente. Vertrouwen op de Heilige Geest is niet hetzelfde als vertrouwen in mijn vermogen om nauwkeurig te weten wat de Geest tot mij persoonlijk heeft gesproken. Waarom zou ik de Geest tot die handeling willen uitlokken? Want het Woord van God is al geheel door God uitgeademde. Het Woord dat ik biddend lees is al het Woord dat de Geest op alle harten wil binden. Uiteindelijk komt het neer op het vertrouwen dat wanneer Gods Woord goed, integer en helder wordt uitgelegd, de Heilige Geest niet ver weg is. En dat het Zijn verdienste alleen is wanneer het mensen raakt in hun geweten of opbouwt in de eerbied voor de Here.
 
Dit alles werd uitgelokt door deze woorden van Jeremia: “En de profeet of de priester of het volk dat zeggen zal: Een last van de Heere! Ik zal die man en zijn huis straffen” (Jeremia 23:34). Ik bid en hoop dat de Here mij de tekst heeft aangereikt voor aanstaande zondag. Ik bid en hoop dat Hij mijn prediking voor Zijn doel gebruiken wil. Maar Hij heeft mij de taak toebedeeld om Zijn Woord naar waarheid te spreken, uit te spreken wat Hij al gezegd heeft, te verhelderen en toe te passen op het geweten van de gemeente. Daarom is het niet gepast om te zeggen: “de Heere heeft mij op mijn hart gelegd.” Heel Gods Woord is op mijn hart gelegd. Daarom doe ik boete en neem ik dit woord terug.
Dit bericht is geplaatst in Algemeen. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *