Rasjie: van wie is het land Israël eigenlijk?

 

Een nieuw medium, met verrassende opties voor het publiceren en bewerken van video en audio. De eerste aflevering staat hier.

Een oude kwestie die ook in onze tijd speelt: wie is eigenlijk de eigenaar van het land Israël? Er is een tekst in de Bijbel, de eerste tekst, het eerste vers dat luidt: “In het begin schiep God de hemel en de aarde.” Misschien beter vertaald als “toen God een begin maakte met de schepping van hemel en aarde,” als een soort opschrift. Dit vers gaf aanleiding tot een commentaar van Rabbi Shlomo Yitzchaki, geboren in Troyes, Frankrijk, 1040 en gestorven in 1105. Hij was een van de belangrijkste verklaarders van zowel de Tenach, de Joodse Bijbel, als de Talmud.

Rabbi Shlomo Yitzchaki, ook wel bekend als Rashi, schreef een commentaar op het eerste vers van de Bijbel: “Beresjiet bara Elohim et ha’shamayim ve’et ha’aretz.” In het Hebreeuws zijn er merkwaardige zaken aan dit vers te ontdekken. “Beresjiet” betekent “in het begin van,” en “bara” betekent “hij schiep.” Grammaticaal kunnen deze woorden niet samen gaan. Er zouden andere uitdrukkingen moeten staan zoals “Barisjona bara” of “Batchila bara,” wat letterlijk betekent “in het begin schiep God.” Maar er staat “beresjiet bara,” “in het begin van, schiep God”, wat commentatoren heeft beziggehouden.

Rashi’s vader, Rabbi Yitzchak, zei dat de Torah had moeten beginnen met Exodus 12:2: “Deze maand zal voor jullie het begin van de maanden zijn,” omdat dit het eerste gebod aan Israël was. Waarom begint de Torah dan met “beresjiet”? Volgens Rashi om te laten zien dat God de schepper is en daarom kan doen met het land wat Hij wil. Psalm 111:6 zegt: “De kracht van zijn daden heeft hij zijn volk verteld.” Dit toont aan dat God Israël het erfdeel van de volkeren aan Israel gaf.

De volkeren zeggen vaak dat Israël rovers zijn omdat ze het land Kanaan hebben veroverd. Maar volgens Rashi’s uitleg van Genesis 1:1  heeft God heel de aarde geschapen en kan Hij het geven en nemen naar Zijn wil. Israël kan dus antwoorden dat heel de aarde van God is en dat Hij het land aan hen gegeven heeft.

Rashi legt verder uit dat “Beresjiet bara” betekent “in het begin van Gods scheppen.” Het vers vraagt om uitleg: letterlijk genomen is het grammaticaal incorrect. Daarom moet men begrijpen dat God in Zijn wijsheid koos om Israël het land te geven vanwege hun rol in Zijn plan. Het “begin”  kan immers zowel slaan op de Torah (het begin van Zijn weg) en op Israel (het begin van Zijn oogst).

God schiep hemel en aarde om Israël een plaats te geven waar zij Zijn wetten konden naleven. De Torah is immers het begin van Gods weg in de wereld. De schepping toont Gods doel om rechtvaardige relaties tussen mensen en hun omgeving te bevorderen door middel van Zijn geboden.

Dit bericht is geplaatst in Jodendom. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *