Sommigen hopen een gemeenschappelijke overtuiging te vinden, gedeeld door sommige joodse en christelijke denkers, dat er een “Messias de zoon van Jozef” door het Jodendom zou aanvaard zijn als een voorloper van de “Messias de Zoon van David.” Die “zoon van Jozef” kan door Christenen dan makkelijk worden geidentificeerd met Jezus van Nazareth. Waarom dat toch geen zinvolle benadering is, blijkt uit het onderstaande.
Het concept van de Messias zoon van Jozef, of Masjiach ben Yosef, is een fascinerend en enigszins minder bekend aspect van de Joodse eschatologie. Deze figuur wordt verondersteld een afstammeling van Jozef te zijn, specifiek van de stam Efraïm, en wordt soms aangeduid als Masjiach ben Efraïm. Zijn voornaamste rol is om de weg voor te bereiden voor de komst van de Messias zoon van David, bekend als Masjiach ben David. Deze voorbereiding omvat het leiden van het Joodse volk in gevechten tegen hun vijanden en het helpen bij de herbouw van de Tempel in Jeruzalem.
Volgens de traditie zal Messias ben Jozef sterven in de strijd tegen de krachten van het kwaad. Zijn dood wordt gezien als een noodzakelijke stap in het verlossingsproces – maar dat is een concrete verlossing die een overwinning op de vijanden van Israel met zich meebrengt – en sommige bronnen suggereren dat hij zal herrijzen en naast Messias ben David zal regeren tijdens het Messiaanse tijdperk. De figuur van Messias ben Jozef symboliseert lijden en opoffering, waarbij men gelooft dat zijn dood de zonden van Israël verzoent en de weg vrijmaakt voor de uiteindelijke verlossing. Deze “verzoening” is natuurlijk het punt, waar Christelijke denkers de verbinding willen zien.
Het concept van de Messias ben Jozef verschijnt in verschillende rabbijnse teksten, waaronder de Talmoed, Midrasj en latere Joodse mystieke geschriften, die verschillende details en interpretaties geven van zijn rol en betekenis. Dit idee benadrukt de veelzijdige aard van de Joodse messiaanse verwachtingen en het geloof in een complex proces dat leidt tot de uiteindelijke verlossing en de vestiging van Gods koninkrijk op aarde. Maar het is op geen enkele manier te zien als een soort verborgen erkenning in het Jodendom van de mogelijkheid dat de Jezus van de evangeliën deze “Masjiach ben Joseph” zou zijn. Jezus is de (joodse) Messias niet omdat hij geen bijdrage heeft geleverd aan de bevrijding van Israël.
Messias, de zoon van Jozef
Uit het boek ‘De Christus-verwachting in het Oude Testamemt’ van Dr. A.H. Edelkoort (1890-1956) begrijp ik dat er meer uitleggingen van messiasverwachtingen bij de Joden zijn dan bij de Christenen. Dat zal met de wijze van bijbeluitleg te maken hebben en met het christelijke vooroordeel dat Jezus van Nazareth de messias is.
Het lijkt me dat het uitgangspunt voor alle messiasverwachtingen toch de Tenach moet zijn. Edelkoort behandelt in zijn boek niet Zacharia 2:1-4 (1:18-21, afhankelijk van welke bijbelvertaling) betreffende de vier ‘smeden’. Maar als je die messiasverwachting heel breed neemt, is er misschien wat te zeggen voor de vier messiasfiguren waarover op basis van deze profetie van Zacharia in de Joodse literatuur gesproken wordt. Het lijk me daarbij wel dat je ook ten aanzien van de messiasverwachtingen schrift met schrift moet vergelijken. Die vier messiasfiguren kunnen verder bijvoorbeeld net zo goed heidense leiders zijn die een (door God verborgen geleid) gericht uitvoeren.
Niettemin, uit het Nieuwe Testament blijkt overduidelijk dat de Joden een messiasverwachting hadden. Het is dus heel nuttig om te bestuderen wat die verwachtingen inhouden. En de verschijning van Jezus mag en moet toch zeker hier langs gelegd worden.
Hartelijk dank voor je verwijzing naar het werk van dr. A.H. Edelkoort. Het is inderdaad fascinerend om te zien hoe rijk en veelzijdig de messiaanse verwachting binnen het Jodendom is – zeker in vergelijking met de vaak meer geconsolideerde visie binnen het christendom, waarin Jezus van Nazareth als dé vervulling van de profetieën wordt gezien.
Je hebt helemaal gelijk dat de Tenach (het Oude Testament) het uitgangspunt is voor de Joodse messiasverwachting. Maar binnen het Jodendom is de interpretatie van deze teksten nooit eenduidig geweest. In de loop der eeuwen zijn er verschillende stromingen en visies ontstaan, mede afhankelijk van historische context, rabbijnse traditie en mystieke invloeden.
Hier zijn een paar hoofdvormen van messiasverwachting die binnen het Jodendom te onderscheiden zijn:
1. De Davidische Messias (Masjiach ben David)
Dit is de meest klassieke en bekende verwachting: een menselijke koning uit het huis van David die Israël zal bevrijden van haar vijanden, gerechtigheid zal brengen, en vrede zal vestigen. Deze figuur is sterk verbonden met teksten zoals Jesaja 11, Jeremia 23 en Ezechiël 37. Deze verwachting leeft nog altijd onder veel religieuze Joden.
2. De Lijdende Messias (Masjiach ben Jozef)
In latere Joodse geschriften, zoals in de Talmoed en de midrasj, komt ook een tweede messiaanse figuur naar voren: een Messias uit het huis van Jozef (of Efraïm), die zal lijden en sterven in de strijd tegen het kwaad, als een voorloper van de Davidische Messias. Sommigen binnen de joodse traditie zien in deze figuur een manier om teksten als Jesaja 53 of Zacharia 12:10 een plek te geven.
3. Priesterlijke of spirituele Messias
Sommige visies leggen de nadruk niet op een politieke of koninklijke Messias, maar eerder op een geestelijk leider of hogepriesterlijke figuur die het volk terugbrengt tot God. Dit zien we onder meer in de Dode Zee-rollen, waarin soms zelfs twee Messiasfiguren worden genoemd: één priesterlijk en één koninklijk.
4. Universele of apocalyptische Messias
In bepaalde apocalyptische en mystieke stromingen binnen het Jodendom (zoals in het kabbalisme) wordt de Messias meer gezien als een kosmische of eschatologische figuur die een eindtijd-revolutie teweegbrengt. Hier krijgt het beeld soms zelfs bijna bovennatuurlijke trekken.
Wat betreft Zacharia 2 (of 1:18–21), dat jij aanhaalt: de vier ‘smeden’ of ‘ambachtslieden’ zijn inderdaad op verschillende manieren uitgelegd, ook binnen de Joodse traditie. Sommigen zien daarin (zoals je zelf suggereert) ook heidense leiders die door God worden gebruikt, of symbolische verwijzingen naar toekomstige bevrijders. In de Midrasj-literatuur worden deze ‘smeden’ soms zelfs geïdentificeerd met vier messiaanse figuren of herauten van de verlossing. Hier zie je hoe breed de interpretatiemogelijkheden zijn binnen het Jodendom.
Zoals jij terecht zegt: het is essentieel om Schrift met Schrift te vergelijken, en het is heel waardevol om Jezus’ optreden, woorden en betekenis naast deze verwachtingen te leggen. Het Nieuwe Testament toont inderdaad aan dat er in Jezus’ tijd een reële messiasverwachting was onder het Joodse volk, maar ook dat die verwachtingen zeer uiteenliepen. Sommigen verwachtten een politieke bevrijder, anderen een profeet als Mozes, weer anderen een geestelijke hervormer.
De vraag in hoeverre Jezus voldoet aan deze diverse profetieën en verwachtingen blijft dan ook het hart van het gesprek tussen Jodendom en christendom